1_Hello
Hallo 1
Learn: Hallo, Goedemorgen, Ik, Hartelijk dank, Ik ben, Hallo, Wat is je naam?, Ik woon in..., Bedankt, Ik
Hallo 2
Learn: Goedenacht, Ik, Naam, Bedankt, Hallo, ik ben Cecille, Dank je wel en goedenacht, Wat is uw naam?, Cecille is een mooie naam
Hallo 3
Learn: Goedenavond, Goedemorgen, alsjeblieft, naam, bedankt, Ik kom uit Den Haag, Goedenavond en bedankt., Wat is je naam?, Mijn naam is Cecille., Hoe gaat het met jou?, Uw naam, alstublieft?
Hallo 4
Learn: À demain!, Goedemorgen, alstublieft, Naam, bedankt, Tot morgen, Dank je wel, Cecille, Wat is je naam?, Mijn naam is Cecille, Hoe gaat het, Jaques?
2_Family
Familie 1
Learn: moeder, papa, le papa, Familie, meisje, jongen, zus, broer, zoon, dochter, Cecille is een meisje, Jaques is een jongen, Mijn moeder en vader, Ik ben Cecille en ik ben een meisje, Ja, dit is mijn moeder, Jaques is Cecille's broer
Familie 2
Learn: Oma, Opa, Vader, Kind, Echtgenoot, Wife, Mijn oma is getrouwd met mijn opa, Hij is een kind, Ik ben een oma, Hij is mijn man
Familie 3
Learn: Tante, Oom, Neef, Nicht, cousin(e), Grootouder, Kleinzoon, Kleindochter, Erste Neef, Ik heb een broer en een zus., Ik ben enig kind., Ik ben enig kind.
Familie 4
Learn: schoonzus, zwager, schoonmoeder, halfbroer, halfzus, stiefzoon, stiefdochter, Ik heb een stiefdochter., Hij is mijn stiefbroer., Ik heb een halfbroer.
Familie 5
Learn: godfather, Peetante, Petekind, Ik ben een meisje en ik ben de jongste, Ik ben een jongen en ik ben de jongste
3_Food
Fruits 1
Learn: Banaan, Citroen, Sinaasappel, Clementine, Grapefruit, Chery, Kokosnoot, Mango, Drakenfruit, Limoen, Druif, Cecille mag Orangen, Cecille is een sinaasappel, Ik mag geen mango's
Fruits 2
Learn: Lingonbes, Framboos, Stervrucht, Aardbei, Meloen, Watermeloen, Mango, Olijf, Ik heb een watermeloen, Hij eet aardbeien en frambozen, We houden van olijven
Groenten 3
Learn: Knoflook, Asperges, Wortelen, Komkommers, Uien, Zucini, Sjalot, Spinazie, Suikermaïs, Ik heb een komkommer, Ik heb een wortel
Dranken 4
Learn: Water, sinaasappelsap, mineraalwater, glas water, citroensap, melk, siroop, koffie, thee, bier, warme chocolademelk, witte wijn, champange, rode wijn, glas, bedankt, ik drink een glas witte wijn, een glas water
4_Numbers
Nummers 1
Learn: een, twee, drie, vier, vijf, Cecille heeft een broer, Cecille's moeder heeft vier broers en zussen, Cecille is drie jaar oud, Ik ben Cecille en ik ben een meisje
Nummers 2
Learn: zes, zeven, acht, negen, tien, Zes eieren, alstublieft., zeven mannen en acht vrouwen., Mijn telefoonnummer is tien, vijf, acht, drie, nul.
5_Weather
Weer 1
Learn: Zon, heet, regent, weer, Het is warm, Het regent, Het is zonnig, Wat voor weer is het vandaag?
Weer 2
Learn: de maan, hagel, tornado, weer, ik zie de maan, hij is prachtig., het sneeuwt., Er zijn wat wolken in de lucht.
Weer 3
Learn: zonnig, regenachtig, stormachtig, bewolkt, besneeuwd, mistig, Het sneeuwt., Het stormt
Weer 4
Learn: Voorjaar, Zomer, Herfst, droog, mild, bliksem, Het is voorjaar.
6_Activities
De Sport 1
Learn: Voetbal, Basketbal, Dansen, Karate, Klimmen, Joggen, Hardlopen, Zwemmen, Ik speel voetbal, Ik ga naar de Fitness Studio, Ik ren hard, Ik ga zwemmen, Ik ga klimmen, Ik ben de beste in karate., Ik speel tennis, Ik hou van joggen, Ik speel basketbal
Maak muziek 2
Learn: de guitar, de piano, elektrisch gitaar, De harmonica, De accordeon, De viool, De driehoek, De trompet, Ik speel gitaar, Ik speel graag piano, Ik kan geen muziek notities lezen, Deze elektrische gitaar is prachtig, Ik zing met een microfoon, Ik heb een oude viool, Ze spelen Dudelsack in Schotland, Mundharmonikas speelt een belangrijke rol in Blues muziek, Hij heeft een trompet
In de Bioscoop 3
Learn: hal, romantische film, film, kopen, Ik hou van horrorfilms., Deze film is goedkoop., Komedie-actiefilms zijn de beste films., Kunt u alstublief twee bioscoopkaartjes kopen voor zaterdaag?
Wandelens 4
Learn: wandelen, teken, berg, bank, De berg is hoog, Het schild is vies., Heb je een kaart?, Het gras is groen, Mijn wandelschoenen zijn vies
Garden en Handmade 5
Learn: plant, garden, gardens, hammer, Ik giet mijn planten., Ik moet naar de bouwmarkt., De zon schijnt op mijn planten., Ik sla hout, Ik zoek mijn hamer
Cultuur 6
Learn: Theater, Chess, Garden, Gardens, Hammer, Ik kijk graag naar dinosaurussen, Hoe oud zijn dinosaurussen?, Gaan we naar het theater?, Nee, ik hou van musicals, Speel je schaak?
Shopping 7
Learn: Creditcard, Kan ik contant betalen?, Mijn creditcard., Ik hou niet van de snee, Deze broek is te strak., Ik koop graag schoenen, Wat is je kledingmaat?
Shopping 8
Learn: Creditcard, Deze schoenen zijn te klein
Water Sport 9
Learn: creditcard, Ik wil niet in het water springen, Heb je zonnebrandcrème?, Je hebt een prachtig surfplank., Kun je zeilen?
Speel videospelletjes 10
Learn: console, gebroken, Ik ga je highscore raken, De grafiek in het spel is goed, De spelfiguren overtuigen me niet, De controllers zijn gebroken
Lerende talen 10
Learn: frans, duits, engels, Ik schrijf een vocabulaire lijst, Ik heb problemen met het debat, Frans is een moeilijke taal
7_Work
Job Titel 1
Learn: zangeres, hairdres, architect, cashiers, entiteit, manager, arbeiders, werkloos, Ik ben werkloos., Ik ben een ondernemer, Hij is een ingenieur
Job Titel 2
Learn: werk, werking, Carrière, Mijn broer is zelf werkzaam., Mijn vriend is een ingenieur en hij houdt van zijn baan, Hij is een ingenieur, Ik zoek een stage
Job Titel 3
Learn: contrat, Vergadering, Mooi, kantoor, Onze klant is irritant., Mijn collega is aardig., Ik ben op weg naar kantoor., Ik ben op zakenreis., Mijn collega heeft een training morgen., We hadden een lange vergadering., We hebben lange taken te doen., Teken je het contract?
Job Titel 4
Learn: contrat, Wat doe je professioneel?, Wat is je werk?
Aan de telefoon 5
Learn: contrat, Praat ik met Max?, Wie is daar?, Ik haal je er doorheen., Wacht even.
8_Plurals.yaml
Plural 1
Learn: Huishouding, Castle, Ik heb een mooi huis en ze hebben mooie huizen., De kastelen zijn prachtig, Ik bezoek een kasteel.
9_Animals.yaml
Dieren 1
Learn: Bear, Bijen, Vee, Muis, Hond, Horse, Fish, Ik heb een hond en Cecille heeft een kat., Mijn broer houdt van vis.
10_Colors.yaml
Kleur 1
Learn: red, blauw, zwart, wit, Ik heb zwarte zonnebril., De wijn is rood.